Zweden heeft een mooie schaakcultuur. Een belangrijk onderdeel van deze cultuur is de grand prix cyclus. Dat zijn grote open weekendtoernooien verspreid over het hele jaar. Eén zo’n toernooi wordt jaarlijks in Malmö georganiseerd. Het is een tamelijk slopende aangelegenheid. Ik meen dat wij op zaterdag maar liefst vijf rapidpartijen speelden met een speeltempo van 50 minuten per persoon.
Ik begon die dag uitstekend met onder andere een leuke overwinning op een 2200+ speler. Het lukte me zelfs bijna om een Deense FM omver te kegelen. Maar kennelijk was dat net iets te veel gevraagd. Die zaterdag eindigde een beetje in mineur.
Onderstaand fragment komt uit mijn partij in de laatste ronde op zondag. Op die laatste dag speelden wij twee partijen volgens het normale tempo van anderhalf uur met increment.
Wit heeft zojuist 22. Lb6 gespeeld en valt de dame aan. Wat is de beste zet voor zwart? Oplossing…
Mijn twee overwinningen op de laatste dag waren uiteindelijk goed voor de ratingprijs in mijn klasse. Het leuke van deze weekendtoernooien is dat men in één grote groep speelt. De sterkere spelers hebben daar ook geen moeite mee. Behalve dan die ene 2200+ speler die er tegen mij aan ging. Die liep boos weg en beet me nijdig toe:
“You were very lucky!”
Tot op zekere hoogte was dat ook zo. Hij overspeelde me met zwart volkomen in een Benoni. Alleen zag hij een leuke combinatie van mij over het hoofd. Eigenlijk had hij nog geluk omdat hij met een dame minder toch nog een soort fort had (maar gelukkig net niet helemaal).