Schaakopgave 75: onzichtbare zet?

Wit speelde zojuist 27. Ke1. Wat is nu de beste voortzetting voor zwart?

Dreigt er iets?

De situatie lijkt dreigend voor zwart. Het is dan altijd handig om even te kijken wat er zou kunnen gebeuren als de ander (in dit geval wit) aan zet zou zijn. Wit heeft zijn zware stukken verzameld op de koningsvleugel. Bovendien heeft wit het veld d5 in handen. Maar dreigt er iets? Nou eigenlijk niet. Want een zet als Tg6 met het idee Tg6xh6+ en mat, gaat al direct mis. Want zwart pakt (fxg6) gewoon de toren van het bord. Wit heeft dan weinig meer dan een schaakje met de dame.

Het feit dat wit het veld d5 in handen heeft, zegt hier ook niet zoveel. Oké wit valt de pion f7 aan, maar daarmee is dan ook zo’n beetje alles gezegd. Je zou veel liever een wit paard op d5 hebben. Dat veld is ideaal voor een paard en veel actiever dan de loper.

Hoe zit het met de veiligheid van de witte koning?

Als wit vrijwel niets dreigt, dan kunnen we onszelf de vraag stellen:

“Wat doet die witte koning daar op e1?”

Ik geef je zo dadelijk de hele partij en dan zie je dat wit een nogal vreemde koningsmars is begonnen. Kennelijk vond hij de koning op c1 wat ongemakkelijk. Daarmee verloor hij wellicht ook uit het oog dat zwart een aantal belangrijke, zwarte, velden beheerst.

Zwart hoeft niet passief te verdedigen en kan kijken naar actieve zetten. Bijkomende factor is dat wit zijn pionnen op de damevleugel een beetje aan hun lot heeft overgelaten. Zoals gememoreerd staat de koning in het centrum niet helemaal lekker (of is het helemaal niet?). Je kijkt dan al gauw naar een zet als:

27. … Dd4 Maar…?

Dan speelt wit toch wel zijn troef uit met 28. Tg6? Dat zou hij kunnen doen. Wit dreigt dan mat. Zie onderstaande analysestelling.

Hoe redt zwart zichzelf uit deze situatie?

Op het eerste gezicht lijkt het helemaal mis. Wit dreigt simpel 29. Tg6xh6 en mat binnen een paar zetten. Ook de toren slaan biedt geen soelaas:

28. … fxg6 29. Dxg6+ Kh8 30. Txh6+ gxh6 31. Dxh6#

Maar zwart hoeft helemaal niet te slaan op g6. Hij heeft zelf ook nog een aardige troef achter de hand:

28. Tg6? Lh4+!! Nu is het zwart die gaat winnen. De twee uitroeptekens lijken me wel gerechtvaardigd. Ik kan me ook goed voorstellen dat beide spelers, bepaald geen prutsers, deze zet over het hoofd hebben gezien. Want vanuit de aanvangsstelling is deze zet lastig te zien. In de partij volgde 27. … De7 en besloten beide spelers kort daarna tot remise.

Ik geef hieronder de hele partij. Let daarbij ook op het merkwaardige 25. Kd1. De koning zou veilig geweest zijn na 25. Kb1. Het is ook de meest logische voortzetting. Maar waarschijnlijk was de witspeler bang voor een aanval op zijn koning en vreesde hij zetten zoals a5-a4. Maar dat werkt niet. Zie daarvoor de analyse.


Ik vond de originele stelling in: Recognizing Your Opponents Resources – Developing Preventive Thinking van Mark Dvoretsky. Een prima boek met talloze nuttige (en vaak lastige) oefeningen. De volledige partij vond ik via de MegaBase.

Geef een reactie