De magie van pionneneindspelen (2)

Wat is de beste zet voor wit?

Mark Dvoretsky zegt in zijn Endgame Manual over pionneneindspelen dat ze bijzonder concreet zijn. Zelfs de kleinste verandering in een stelling kan een groot verschil maken. Waar het volgens hem om draait bij dit soort eindspelen is dat je bepaalde standaardtechnieken leert beheersen. Een ander belangrijk aspect is dat je haarscherp moet rekenen.

In de diagramstelling moet je, om te kunnen winnen, gebruikmaken van zo’n standaard techniek. Welke? Dat is aan jou om te bepalen!

Wat wil wit bereiken?

In de eerste plaats is het onmogelijk om de zwarte koning van de a-lijn te verdrijven. Als wit die richting op denkt dan zal hij snel tot de conclusie komen dat hij dan niks heeft aan de oppositie. De andere optie is een omtrekkende beweging maken. Dus via de centrale lijnen om de c-pionnen heen lopen. Maar ook dat stuit op een probleem in deze situatie. Als wit het verkeerd aanpakt, wint zwart de pion op c4 en zijn de winstkansen verkeken.

De truc?

Als zwart in deze stelling aan zet zou zijn, moet hij een stapje terug doen. Dat geeft wit net voldoende tijd om zijn omtrekkende beweging te voltooien, zonder zijn pion op c4 te verliezen. De techniek die hiervoor nodig is, noemt men een driehoekje maken. Zie de analyse.

Deze eindspelstudie vond ik in de app van Chessbase

Geef een reactie