Irritante tegenstander weigert te capituleren

In de schaakwereld is er een soort van ongeschreven wet die zegt ‘als je positie verloren is behoor je op te geven’. Het is een kwestie van sportiviteit. Maar tja… wetten zijn er om overtreden te worden. Het geldt in de ogen van sommigen zeer zeker voor ongeschreven schaakwetten.

Het eerste probleem is natuurlijk: hoe verloren moet een schaakpartij zijn om op te geven? Daarover kunnen de meningen verschillen. In de grootmeesterpraktijk is het soms al voldoende wanneer er sprake is van een kleine materiële achterstand en wat resteert ‘slechts een kwestie van techniek is’. Grootmeesters verstaan die techniek over het algemeen wel. Deze kwestie van schaaktechniek is voor ons, de wat mindere goden, vaak nog een helse klus.

(On)sportief gedrag?

Toch kan ik me voorstellen dat je het niet sportief vindt om door te blijven spelen. Zelf doe ik het ook niet. Ik heb me wel eens een keer bewust mat laten zetten. Maar dat was juist om mijn tegenstander te complimenteren vanwege zijn fraaie combinatie.

Het is inderdaad wat gênant wanneer mensen eindeloos blijven doormodderen in een totaal verloren stelling. Vroeger ergerde ik me dood aan dergelijke, in mijn ogen, malloten. Die patzers begrepen natuurlijk helemaal niets van ons mooie schaakspel. Het resultaat van al die ergernis was dat ik links en rechts heel wat puntjes morste.

Ik kan me herinneren dat ik iemand pardoes pat zette in een technisch simpel gewonnen pionneneindspel. Zo eentje van het niveau van ‘ome Jan leert zijn neefje schaken’. Of moet ik zeggen pionnendiploma? Ik kreeg een hartverzakking toen ik me realiseerde wat ik had gedaan.

Slecht voor jullie motivatie

In een teamwedstrijd van Utrecht 2 blunderde een van mijn collega’s, Erik Knoppert, al vroeg een dame. Normaal natuurlijk een sein om subiet de pijp aan Maarten te geven. Zo niet Erik, een vreselijk handige rommelaar. Onze teamgenoot besloot nog wat zetjes te doen. Erik fluisterde met een sardonische grijns op z’n gezicht:

“Ik doe het voor het team, want het is slecht voor de motivatie wanneer ik zo snel opgeef!”

Zijn tegenstander raakte er zichtbaar door van de kook. De man liep rood aan en confereerde regelmatig met zijn teamgenoten.

Je kunt wel bedenken wat de toon van deze praatjes was. Het gekonkel en de ingehouden woede hadden een averechts effect. De heimelijke toevertrouwde adviezen kennelijk nog meer. Beetje bij beetje kreeg Erik wat compensatie. Om de een of andere reden maakt bezit behoudend en dus passief. Het duurde een paar uur, maar de compensatie bleef gestaag groeien. Tot uiteindelijk…?

Heftig rumoer en een geweldige woede-uitbarsting de serene stilte verstoorde. De arme stakker had hopeloos geblunderd en de partij alsnog verloren. Je kunt je de hilariteit in onze geledingen vast wel voorstellen. Die doorzetters krijgen op deze manier alsnog gelijk.

Ook bij de toppers gaat het wel eens mis

En je kunt natuurlijk ook nog opgeven in een stelling die helemaal niet verloren is. Het overkwam Karpov met zwart tegen Anand in een rapidpartij. Anand speelde 1. d7. Karpov zag geen oplossing en capituleerde.

Anand_Karpov_rapidpartij

Iedereen was stomverbaasd, want met 1. … Th1+ 2. Kxh1 Dh5+ 3. Kg1 Dxd1+ 4. Kh2 Dxd7 staat hij gewoon 2 pionnen voor. Overigens is 1. … Th1+ wellicht een wat lastige zet om te zien. Computers ‘zien’ dergelijke rare zetten direct. Maar wij mensen hebben er enige moeite mee.

De les

Uiteindelijk heb ik er van geleerd. De truc is gewoon om de ander lekker te laten lijden. Kaalplukken die hap. In plaats van jezelf te ergeren, druk je hem met sadistisch genoegen met de neus op de feiten. Geniet er van! Gebruik het extra materiaal waarvoor het is bedoeld: activiteit ontwikkelen. Dan kan je weinig gebeuren. Het is toch fantastisch om te zien hoe de ander er aan onderdoor gaat?

Geef een reactie